Verteren bestaat uit 7
stappen:
- In je mond kauw je het eten fijn.
- Het eten gaat via je slokdarm naar
je maag.
- Je maag verzamelt alle hapjes en doet er wat
maagsap bij. Nu wordt je eten een lekkere zachte massa.
- Na een paar uur komt het eten in je dunne darm.
Die duwt het eten verder en verder.
- Het eten komt langs je alvleesklier. De
alvleesklier voegt stoffen en enzymen toe die het eten nog kleiner
maken. Vooral het vet uit je eten wordt klein gemaakt.
- Samen met je lever zorgt je alvleesklier voor
vertering. De voedingsstoffen zijn nu zo klein dat ze door de wand van je
dunne darm in je bloed terechtkomen. Het bloed brengt de
voedingsstoffen door je hele lichaam.
- Het eten dat dan nog over is, blijft achter in je
dikke darmen. Dit poep je later uit in de WC.